dinsdag 22 oktober 2013

schuldbelijdenis



1.
Zijn mijn armen als open luiken
om de eenzamen te ontvangen,
om hen die struikelen te ondersteunen,
om hen die ik lief heb te omarmen,
om tot U te bidden God?

Zijn mijn ogen als open vensters
om hen die mij omringen beter te kunnen zien,
om hen die dwalen in het doolhof van hun zorgen beter te kunnen onderscheiden
om me meer te kunnen verbazen over Uw vertrouwen, God?


 Ontdoe ik mijn open hart van alle overlast;
stel ik het open voor allen?
Stel ik mijn hart open voor anderen hun ideeën?
Ben ik klaar om jou te zeggen Heer:
”Mijn hart is mijn huis van gebed?”


2.
Kom, Heer Jezus, zoek uw dienaar.
Goede Herder van de schapen: kom.
Laat even de 99 anderen
en zoek dat ene schaap dat verloren liep.
Zoek mij, want ook ik, Uw verdwaalde schaap
ben op zoek naar U.
Neem mij op en draag mij op Uw schouders.
Kom zelf; stuur geen knecht, geen huurling; kom zelf.
Draag mij op Uw kruis,
heilbrengende baken voor de verdwaalden;
rustplaats voor de vermoeiden;
levenwekkend teken voor de stervenden.
Kom Heer Jezus; kom en er zal bevrijding komen
en er zal vreugde zijn in de hemel.
                        (naar Ambrosius van Milaan)

 

 
3.
In mijn binnenste spreek ik met U, God.
Fluister ik mijn schuld en mijn twijfels.
Bij U vind ik gehoor en begrip.
Bij U vind ik vrede.
Al is het donker in mijn hart?
ik zoek Uw gelaat en prevel Uw Naam.
Zoals de wachters uitzien naar het licht van de morgen,
zo verlang ik naar U God, en naar uw tedere omhelzing
in een tijdloos bestaan…  Heer, ontferm U over ons.




4.
Geest van God die mensen bij elkaar brengt
en tot gemeenschap maakt,
ontsteek in ons het vuur van het begin.
Geest van God, geef uw warme liefde
aan hen die geslagen en gekwetst, vernederd en verlaten werden.
Behoed hen voor verbittering
en houd de wanhoop ver van hen.
Wees Gij hun veilige thuis
waar zij op adem komen en herleven.
Amen.


5.
Mijn Heer en mijn God,
in elke nieuwe morgen komt U mij tegemoet.
Laat mij U ontdekken in de schoonheid van de natuur,
in de ogen van een medemens,

in de stilte van mijn hart.
Jezus Christus, ga met mij de weg door het leven
en leid mij naar de Vader.
Heilige Geest, bevestig mij in het goede,
vuur mij aan en heilig mij.
Amen.



6.
Geest van God, beziel de mensen
die iets van uw werk durven overnemen;
die schoonheid scheppen en warmte brengen
en dromen boetseren.
Geest van God, maak van iedere mens een kleine kunstenaar.
Gun iedere mens iets van die immense vreugde
die Gij hebt gevoeld
toen Gij uit chaos een kosmos hebt gemaakt.
Amen.


 
7.
Als we de goede weg kwijt zijn, help ons dan weer op weg, Heer.
Als we geen toekomst meer zien, help ons dan weer op weg, Heer.
Als we onszelf niet meer begrijpen, help ons dan weer op weg, Heer.
Als we moedeloos zijn en zonder veerkracht, help ons dan weer op weg, Heer.
Als het kil is in ons hart, help ons dan weer op weg, Heer.
Als we geen smaak meer vinden in het leven, help ons dan weer op weg, Heer.
Als we de stem van ons hart niet meer horen, help ons dan weer op weg, Heer.
Als we Uw belofte van barmhartigheid vergeten, help ons dan weer op weg, Heer.


 
8.
Heer, open mijn lippen opdat mijn mond uw lof verkondigt
en van Uw goede werken spreekt.
Heer, open mijn ogen opdat ik uw heerlijkheid aanschouw
en de nood van mensen zie.
Heer, ontferm U over ons.

Heer, open mijn oren opdat ik Uw woord verneem
maar ook het lijden van de armen hoor.
Heer, open mijn hart opdat ik ruimte maak voor U
en alle mensen een warm hart toedraag.
Christus, ontferm U over ons.

Heer, open mijn handen, opdat ik de volheid van het leven kan vatten
en gul wordt in het geven.
Heer, open mijn hele gelaat opdat ik naar U toegekeerd mag leven
en alle mensen op mijn weg in openheid ontmoet.
Heer, ontferm U over ons.


9.
Omdat wij te weinig bereid zijn
onze persoonlijke belangen opzij te zetten
voor het geluk van hen met wie we dagelijks samenleven.
Heer, ontferm U over ons.

Omdat wij zo gemakkelijk vergeten
dat ons leven en onze kwaliteiten
ons gegeven zijn als een geschenk
en dat wij daarom onszelf tot een geschenk moeten maken voor anderen:
Christus, ontferm U over ons.

Omdat onze grondhouding zo heel anders is
dan een leven van echte trouw en in dienende liefde.
Heer, ontferm U over ons.


 

10.
Er komt geen vrede
zolang wij de vrede van Christus niet laten heersen in ons hart;
zolang wij berusten in de macht van het kwaad
en niet samen bouwen aan een nieuwe toekomst.
Heer, ontferm U over ons.

Er komt geen vrede zolang wij de roep om gerechtigheid niet horen,
zolang wij het onrecht van ondervoeding en honger dulden
en wij blijven geloven dat macht en onderdrukking
het laatste woord hebben.
Christus, ontferm U over ons.

Er komt geen vrede zolang wij de schepping geweld aandoen,
zolang wij blijven leven in het nu, zonder ons af te vragen
welke wereld wij aan de kinderen nalaten.
Heer, ontferm U over ons.


11.
We worden opgeroepen om elkaar te aanvaarden zoals we zijn,
om in elkaar te geloven.
Maar samenleven en samenwerken is moeilijker dan we vermoeden,
zelfs als we elkaar graag zien.
Heer, ontferm U over ons.


We worden opgeroepen om elkaar steeds nieuwe kansen te geven,
de kans om nieuw te worden.
Maar een hand reiken aan wie ons iets misdeed is moeilijker dan we vermoeden, zelfs als we elkaar graag zien.
Christus, ontferm U over ons.

We worden opgeroepen om muren tussen mensen af te breken,
om contacten te herstellen, om elkaar nodig te hebben.
Maar zwakheden overwinnen
en opnieuw zon brengen in een vertwijfeld hart is moeilijker dan we vermoeden, zelfs als we elkaar graag zien.
Heer, ontferm U over ons.

 
12.
Pr.  Laten wij bij het begin van deze viering
God om vergeving vragen voor de fouten die we maakten
en voor de kansen tot goedheid die wij hebben gemist.


            Omdat wij onvoldoende begrip opbrengen voor elkaar,
            en ons te weinig inzetten voor het geluk van anderen:
            Heer, ontferm U over ons.

            Omdat wij, uit zwakheid of onverschilligheid,
            zo vaak voorbijgaan aan wie ons oprecht liefhebben,
            omdat wij vergeten dankbaar te zijn:
            Christus, ontferm U over ons.

            Om alles wat we voor onze medemens
            hadden kunnen doen en zijn,
            om alles wat ongezegd bleef en ongedaan:
            Heer, ontferm U over ons.


13.
Ik wil wel komen Heer
maar ik weet niet of ik U kan volgen; uw ritme is zo anders dan het mijne.
Ik wil wel komen Heer,
maar Uw kijk op de dingen is veel radicaler dan de mijne.
Ik wil wel komen Heer,
maar of ik echt kan liefhebben weet ik niet.
Uw liefde voor de mensen is veel ruimer dan de mijne.
Ik wil wel komen Heer
maar Uw woord van trouw is goddank
veel sterker dan het mijne.


14.
Tegen de bekoring om het op te geven omwille van tegenwerking,
van roddel of afgunst bidden wij: Heer, ontferm U over ons.

Tegen verlies van geloof in de goedheid van de mens
omwille van onderdrukking, uitbuiting of egoïsme bidden wij:
Christus, ontferm U over ons.

Tegen het opgeven van geloof en vertrouwen,
omwille van de macht en het geweld bidden:
Heer, ontferm U over ons.


15.
Wetend dat de Heer ons nabij is en bewust van eigen broosheid,
bidden wij om vergeving.


Heer, Gij die het kwaad niet wilt en geweld en lijden afwijst; steun ons in onze pogingen onrecht te herstellen en vrede te brengen.
Heer, ontferm U over ons.

Christus, Gij die genezing schonk aan velen; schenk ons de kracht die van U uitging, zodat wij elkaar tot zegen kunnen zijn.
Christus, ontferm U over ons.

Heer, Gij die steeds opnieuw uw geestkracht schenkt,
maak ons geestdriftig, zodat ook wij anderen blijven stimuleren en inspireren.
Heer, ontferm U over ons.


16.
Wij hebben allen onze goede en minder goede dagen.
Laten wij ons daarom bij de aanvang van deze viering
bezinnen over onze houding tot de anderen
en willen wij elkaar vergeving vragen en schenken.

Omdat wij onvoldoende begrip opbrengen voor elkaar
en ons te weinig inzetten voor het geluk van anderen:
Heer, ontferm U over ons.

Omdat wij, uit zwakheid of onverschilligheid, zo vaak voorbijgaan aan wie ons oprecht liefhebben. Omdat wij vergeten dankbaar te zijn:
Christus, ontferm U over ons.

Om alles wat we voor onze medemens hadden kunnen doen en zijn,
om alles wat ongezegd bleef en ongedaan: Heer, ontferm U over ons.


17.
Heer, open ons hart.
Dat wij niet langer op onszelf zijn gericht,
maar ook gehoor geven aan U en aan onze medemensen.
Heer, ontferm U over ons.


Wij luisteren niet altijd naar wat er gezegd wordt.
Dikwijls blijven wij stom voor onze naaste
die nood heeft aan begrip en liefde.
Christus, ontferm U over ons.

Heer, open ons hart voor uw Woord en uw Boodschap.
Wij krijgen zo vaak de kans om uw Woord te beluisteren,
maar zijn soms zo weinig bereid om ernaar te leven.
Heer, ontferm U over ons.

18.
Heer, Gij hebt ons geschapen met ogen om te zien,
maar vaak sluiten wij onze ogen voor onze naaste die in de problemen zit.
Daarom bidden wij: Heer, ontferm U over ons.

Christus, Gij hebt ons oren gegeven om te horen, maar dikwijls zijn wij doof voor de vragen en beden van medemensen in nood.
Daarom vragen wij: Christus, ontferm U over ons.

Heer, Gij hebt ons handen en voeten gegeven om naar de anderen toe te gaan
en hen te helpen. Maar meer dan eens hebben die anderen tevergeefs gewacht.
Daarom bidden wij: Heer, ontferm U over ons.


19.
Vernieuw ons inzicht, God, telkens weer, om te geloven dat Gij er altijd zult zijn, om van U te houden en in het voetspoor van Jezus de weg te gaan naar leven voor iedereen. Heer, ontferm U over ons.

Vernieuw ons inzicht, God, telkens weer, om te zien wat er gebeurt in onze samenleving,  om de kant te blijven kiezen van kwetsbare en uitgesloten mensen, om ten diepste gemeenschap te zijn. Christus, ontferm U over ons.

 
Vernieuw ons inzicht, God, telkens weer, om te zien dat de aarde onze drang naar consumptie niet aankan, om een halt toe te roepen aan de roofbouw
die wij plegen op de natuur en op het leven,  Heer, ontferm U over ons.



20.
God, open ons hart om te leven vanuit uw grenzeloze goedheid die vrij maakt.
Heer, ontferm U over ons.

 
God, open onze blik voor de inzet, de moed en het eigen kunnen van mensen rondom ons. Christus, ontferm U over ons.


God, wakker ons aan, in onze zorg voor elkaar en voor het behoud van de aarde. Heer, ontferm U over ons.



21.
Dat we het onrecht willen zien. Dat we ons daarbij niet neerleggen.
Dat we wegen vinden om daaraan iets te doen. Bekeer ons daartoe.
Heer, ontferm U over ons.

Dat we niet veroordelen en niet vooroordelen koesteren. Dat we eigen ergernis en woede temmen. Dat we mild en zachtmoedig blijven.
Bekeer ons daartoe. Christus, ontferm U over ons.



Dat we ons eigen leven onder ogen durven zien. Dat we ons nog meer laten vormen door het woord van de Heer. Bekeer ons daartoe.
Heer, ontferm U over ons.


22.
Pr. God gunt ons de tijd en de ruimte voor inkeer. Zelfs als wij Hem afwijzen, telt Hij de jaren niet en blijft Hij naar ons uitkijken om ons te kunnen verwelkomen.

-Heer, vaak tellen wij nauwgezet de keren dat ons onrecht werd aangedaan,
terwijl Gij mild en vergevend elke mens tegemoet komt. Heer, ontferm U over ons.

-Christus, in uw liefde worden wij dag na dag herboren, terwijl wij vaak aarzelen om voor anderen nieuwe kansen te scheppen. Christus, ontferm U over ons.

-Heer, dikwijls eigenen wij ons dingen toe, terwijl Gij ons opwacht met onverhoopt geluk waarvoor wij slechts onze handen hoeven te openen.
Heer, ontferm U over ons.



23.
-God, waar kunnen wij U vinden? Misschien wel daar waar we U nog nooit zochten. Misschien moeten we eerst verloren lopen om aan den lijve te ondervinden wie of wat ons echt doet thuiskomen. Heer, ontferm U over ons.

 
-God, in uw liefde laat Gij ons vrij. Ook al doet het U pijn, Gij houdt ons niet tegen als wij U verlaten en verloren lopen. Intussen blijft Gij op ons wachten.
Gij zijt een Vader die zich nooit opdringt, maar die wel altijd blijft hopen
dat zijn kinderen terugkomen. Christus, ontferm U over ons.

 
-God, wat U echt blij maakt is de terugkeer van Uw kinderen. Waak erover dat onze blik niet blijft vasthaken aan het negatieve rondom ons.  Leer ons oog hebben voor kleine tekenen van ommekeer. Dat dit ons blij mag maken... Heer, ontferm U over ons.


24.
Wanneer het me niet meer kan schelen,
wanneer het genoeg is geweest;
wanneer ik terugplooi op mezelf.
Kom dan… Heer, ontferm U over ons.

Wanneer ik bergen wil verzetten,
wanneer ik goed wil zijn voor anderen;
wanneer ik vrede wil brengen onder de mensen,
Kom dan…Christus, ontferm U over ons.

Wanneer ik wil bidden en de stilte niet vind,
wanneer ik wil troosten en de woorden niet ken;
wanneer ik wil helpen en niet weet hoe,
kom dan… Heer, ontferm U over ons.



25.
Als wij wegen gaan die de uwe niet zijn, God,
zoekt Gij ons telkens weer op, opdat ook wij U zouden zoeken
en elkaar terugvinden in vriendschap en vrede.
Heer, ontferm U over ons.

God, Gij spijkert ons niet vast op ons verleden maar geeft ons telkens weer de kans om opnieuw te beginnen, opdat ook wij elkaar die nieuwe kansen zouden geven. Christus, ontferm U over ons.

God, bij wie liefde het eerste en laatste woord is, geef dat wij woorden van vergeving vinden die anderen en onszelf toegankelijk maken
voor U en voor elkaar. Heer, ontferm U over ons.


26.
Vergeef ons, Heer, als we koppig onze eigen weg gaan,
als we alleen aan onszelf denken en daardoor de band met U verliezen.
Heer, ontferm U over ons.

Heer, we hebben elkaar meer nodig dan we laten blijken,
we kunnen meer troosten dan we beseffen, meer dankbaarheid tonen dan we tot nog toe deden. Christus, ontferm U over ons.

 
Vergeef ons Heer, als we mekaar geen nieuwe kansen gaven,
als we er geen zin in hadden mekaar aan te moedigen en te helpen.
Heer, ontferm U over ons.


27.
Gij zijt er wel, mijn God; Gij zijt er altijd. Maar ik geef nog te weinig aandacht aan U. Heer, ontferm U over ons.

Hoe kan ik weten wie Gij zijt, Christus,  als ik die hunker naar U in mij niet levendig houd, Christus, ontferm U over ons.

 Roep mij, God, zodat ik zie, dat ik leef vanuit Uw Aanwezigheid. Heer, ontferm U over ons.


28.
Heer, Gij hebt aan uw leerlingen gevraagd om van U te getuigen. Om onze lauwheid: Heer, ontferm U over ons.

Christus, uw liefde voor alle mensen mogen wij doorgeven. Voor ons tekort aan liefde: Christus, ontferm U over ons.

Heer, wij zijn geroepen tot verantwoordelijkheid voor uw schepping. Voor ons egoïsme: Heer, ontferm U over ons.


29.
Geef ons een ruim hart om lief te hebben, Heer.
Geef ons een sterk hart om te strijden voor het goede.
Heer, ontferm U over ons.

Maak ons tot nieuwe mensen die hun bestaan beleven
als het risico van een verre tocht.
Christus, ontferm U over ons.

Maak ons tot mensen, grenzeloos liefhebbend,
niet gebonden aan rassen of plaatsen, maar mensen
die zij aan zij brood en onderkomen met elkaar delen.
Heer, ontferm U over ons.


30.
Om onze zelfvoldaanheid, waardoor wij onszelf beter achten dan onze medemens, Heer, ontferm U over ons.

Om ons gebrek aan begrip en inleving voor het levensverhaal van vriend en vreemde,
Christus, ontferm U over ons.

Om onze vooringenomenheid, die wij zo moeilijk willen ombuigen tot openheid en geduld, Heer, ontferm U over ons.


31.
Heer,  Gij die onvermoeibaar de mens opzoekt en hem tegemoet komt.
Heer, ontferm U over ons.

Christus, Gij die in ons midden komt als een licht, als liefdeskracht.
Christus, ontferm U over ons.

Heer, Gij die een hart dat kan luisteren met vreugde vervult.
Heer, ontferm U over ons.


32.
Iedere keer dat we elkaar vergeven in plaats van elkaar te lijf te gaan,
maken we Gods onvoorwaardelijke liefde zichtbaar. Voor alle keren dat we daaraan niet toe kwamen, Heer, ontferm U over ons.

 
Iedere keer dat we elkaars wonden verzorgen in plaats van ze dieper te maken, maken we Gods onvoorwaardelijke liefde zichtbaar.
Voor alle keren dat we anderen in de kou lieten staan,
Christus, ontferm U over ons.

Iedere keer dat we elkaar zegenen in plaats van te vervloeken,

maken we Gods onvoorwaardelijke liefde zichtbaar. Voor alle keren dat we hard waren tegenover anderen, Heer, ontferm U over ons.

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten